Hoe mijn reis naar onbewerkt eten begon:
Jaren geleden merkte ik dat ik vastliep in mijn manier van eten. Alles voelde als of-of: óf heel streng diëten, óf compleet loslaten. Ik wilde gezonder leven, maar had geen idee wat nu echt werkte of waar ik moest beginnen. Toen ik langzaam ontdekte wat onbewerkt eten eigenlijk betekent, begon het kwartje te vallen. Het ging niet in één keer goed en ik heb er lang over gedaan om mijn eigen balans te vinden, maar stapje voor stapje kreeg ik steeds meer rust en helderheid.

Het was geen quick fix. Ik heb echt moeten leren kijken naar wát ik eet en hoe ik me daarbij voel. En juist dat maakte het waardevol: het mocht tijd kosten.

Wat onbewerkt eten voor mij betekent
Onbewerkt eten staat voor mij gelijk aan terug naar de basis. Producten die zo dicht mogelijk bij hun natuurlijke vorm blijven, zonder onnodige toevoegingen. Denk aan verse groenten, fruit, aardappelen, eieren, kipfilet, witvis, havermout, zuurdesembrood, yoghurt zonder smaakjes, noten, peulvruchten en rijst. En dat zijn juist hele fijne en voedzame keuzes.

Het draait niet om perfectie of om nooit meer iets lekkers mogen. Het gaat om een basis die je lichaam herkent en die je energie geeft. Hoe eenvoudiger het eten, hoe duidelijker je lichaam kan reageren.

Waarom onbewerkt eten zo’n verschil maakt
Toen ik zelf meer ging letten op voeding in een natuurlijke vorm, merkte ik dat ik veel stabieler door de dag kwam. Mijn energie bleef gelijkmatiger en ik had minder last van pieken en dalen. Dat komt doordat onbewerkt eten je bloedsuikerspiegel rustiger houdt, waardoor je lichaam minder „brandjes hoeft te blussen”. Ook ontdekte ik dat ik veel beter naar mijn lichaam kon luisteren: wanneer ik honger had, wanneer ik vol zat, en wat me echt voedde in plaats van alleen vulde.

Wetenschappelijk onderzoek laat zien dat onbewerkt en vezelrijk eten helpt bij een langer verzadigd gevoel en een stabieler energieniveau (Slavin, 2013). Daarnaast toont onderzoek aan dat sterk bewerkte voeding sneller leidt tot overeten, omdat het lichaam moeite heeft om verzadigingssignalen op tijd af te geven (Hall et al., 2019). Voor mij bevestigde dat precies wat ik zelf al ervaren had.

Waarom kleine stappen het beste werken
Het grootste misverstand over gezonder eten is dat het allemaal in één keer moet. Maar dat is helemaal niet realistisch. We zijn gewend geraakt aan gemak, aan snelle producten, aan keuzes die vooral praktisch zijn. Dan kun je niet verwachten dat je ineens volledig „onbewerkt” gaat eten.

Wat voor mij wél werkte – en wat ik iedereen leer – is beginnen met kleine veranderingen. Misschien kies je deze week voor een onbewerkt ontbijt zoals eieren met avocado of een bakje yoghurt met fruit. Misschien voeg je één keer extra groente toe op een dag. Misschien ruil je een snack in voor een stuk fruit of een handje noten. Dat soort kleine, haalbare keuzes bouwen langzaam je nieuwe basis op.

En dat is precies waarom het duurzaam wordt: niet omdat je perfect eet, maar omdat je consequent kleine stappen zet.

Waarom dit de kern vormt van mijn visie binnen Gymjunkies
Sinds ik Gymjunkies heb overgenomen wil ik vooral laten zien dat een gezonde leefstijl niet draait om regels, perfectie of alles goed doen. Het gaat om duidelijkheid, structuur en keuzes die bij jĂłu passen. Onbewerkt eten speelt daarin een grote rol, omdat het rust brengt. Zowel in je lichaam als in je hoofd.

Het heeft mij geholpen om mijn relatie met voeding te verbeteren, grip te krijgen op mijn energie en met veel meer vertrouwen naar mijn lichaam te luisteren. En dat gun ik iedereen die met Gymjunkies aan de slag gaat. Je hoeft het niet allemaal in één keer te weten. Je hoeft alleen bereid te zijn om elke dag één stapje bewuster te kiezen. Jouw tempo, jouw leven, jouw manier.

Bronnen
Slavin, J. (2013). Fiber and prebiotics: Mechanisms and health benefits. Nutrients, 5(4), 1417–1435. https://doi.org/10.3390/nu5041417

Hall, K. D., et al. (2019). Ultra-Processed Diets Cause Excess Calorie Intake and Weight Gain: An Inpatient Randomized Controlled Trial. Cell Metabolism, 30(1), 67–77.